Van worshiphit tot WK-knaller
Eens in de zoveel jaar komt er in evangelisch Nederland een ware worshiphit voorbij. Zo’n lied dat in je hoofd blijft zitten en binnen no-time in menig evangelische kerk wordt gezongen. Vaak al vóór er een opwekkingsnummer aan te koppelen is. In herinner me de tijden dat Michael W. Smit’s ‘You Are Holy’ (U bent heilig) en later Eline’s Jezus Overwinnaar tot het standaardrepertoire van vrijwel iedere kerkband behoorde. “Dit is er weer zo een!”, denk ik dan.
Afgelopen half jaar doet Elevation Worship met Brandon Lake goede zaken met het nummer Praise. Wie kent ‘m niet? “Let everything, that has breath, praise the Lord!” met bijbehorend drumriedeltje. Onze eigen kerk zong het talloze keren, maar als gastspreker in andere kerken kom ik het de laatste tijd veel tegen in andere kerken. Dit is er dus weer zo een!
Groot was dan ook mijn verbazing toen ik gisteren via een artikel in het ND werd gewezen op een WK-hit, gebaseerd op dezelfde melodie. Partyband ‘Lawineboys’ pakt nogal schaamteloos de melodie van Praise, en bezingt ons Nederland in het licht van het europees kampioenschap voetbal.
Los van de rechtenkwestie, de lyrics en de vraag rondom originaliteit, zit ik me af te vragen wat je daar nou als gelovige van mag denken… Een aantal geloofsgenoten was er als de kippen bij om in diverse socials de schare voetbalfans te wijzen op het origineel van Brandon Lake. Velen gaan een stap verder en vinden het oneerbiedig of ronduit schandalig dat met een melodie, bedoeld als aanbidding voor onze God, ineens een heel andere heer wordt bezongen. Daar is veel voor te zeggen, maar ik krijg er ook drie andere gedachten bij:
Als eerste is een groot deel van onze muzikale traditie ontstaan vanuit een aanhaken bij de seculiere liedcultuur. Johannes de Heer gebruikte al liederen uit de dorpscafés en stadskroegen en kroeg en voorzag die van een religieuze lading, eigenlijk dus de omgekeerde beweging. Hedendaagse worship leunt grotendeels op bredere muzikale ontwikkelingen uit de maatschappij. Waar opwekkingsliederen in de jaren ’80 en ’90 per definitie leunde op de dwarsfluit, klinken allerlei invloeden van trance/edm door in de nieuwste liederen. En je maakt mij niet wijs dat ik de eerste ben die de invloed van ‘Go West’ van de Pet Shop Boys (of de voetbalvariant ‘’t Is stil aan de overkant’) duidelijk terug hoort in het refrein van ‘Breng dank aan de eeuwige’ (Opwekking 331). Overigens kon dat ook weleens andersom zijn: Go West kwam één jaar na het originele worshiplied uit… Maar laten we eerlijk zijn over de wisselwerking tussen worship en seculiere muziek. Zo heilig zijn onze melodiën misschien niet.
Als tweede ontdekte ik dat Praise met andere tekst ook een totaal andere lading krijgt. Zonder worship-lading kan de muzikale lijn blijkbaar ook prima doorgaan als ordinaire kermismelodie. Ik betrapte mezelf op de gedachte dat misschien wel veel van de melodieën die wij als ‘heilig’ beschouwen, het op menig volksfeest prima zouden doen. Zo heb ik ooit iemand uit een volkswijk in onze kerk horen zeggen, dat de muziek wel sterk leek op die van een kroeg, en het was handig dat we de karaoke (beamer) deden! Het lijkt me geweldig dat binnenkort mensen de kerk binnenkomen en bij Praise denken: ‘Joh, die ken ik!’ en dan op andere manier naar de inhoud gaan kijken. Kortom: misschien zijn onze worship melodieën zelf niet heilig, maar is het de context die waarde en lading geeft aan de inhoud.
Tot slot kunnen we denk ik veilig constateren dat we als kerk in allerlei opzichten vaak stevig op de maatschappelijke tendensen en tijdsgeest achterlopen. Vandaag vier ik even dat we blijkbaar af en toe ook eens voorop gaan.
Marijn Vlasblom is docent aan het Seminarium en betrokken bij de Millenial Challenge.