Skip to main content

Israël

De situatie in Israël en Gaza na 7 oktober 2023 maakt veel los in het wereldnieuws, de Nederlandse politiek en ook in onze Unie-ABC-gemeenschap. Het is opmerkelijk dat dit veel meer aandacht krijgt dan andere wereldgebeurtenissen, zoals bijvoorbeeld de – nog grotere – oorlog en humanitaire ramp in Soedan.

Toch is het binnen de christelijke wereld wel weer begrijpelijk, omdat rond Israël ook de theologische context bij veel mensen een rol speelt. Dat kan enerzijds Gods beloftes voor het Joodse volk betreffen, maar net zo goed het lijden onder ongerechtigheid van de Palestijnse mensen, zowel christenen als moslims. Veel christenen, misschien wel de zwijgende meerderheid, weten misschien ook niet zo goed wat ze ervan moeten denken en wat je wel of niet kunt geloven. In een oorlog is propaganda immers nooit ver weg.

Lees verder

Maak ons hart onrustig, God

Nog nooit heb ik binnen vier dagen mensen met zoveel verschillende nationaliteiten ontmoet als tijdens de Believers Church Conference (BCC) in Amsterdam/Elspeet. Het was dan ook mijn allereerste BCC en dat zal voor meer Nederlanders het geval zijn geweest; voor het eerst werd de conferentie in Europa georganiseerd.

Lees verder

Vrucht dragen

"Hierin wordt mijn Vader verheerlijkt, dat u veel vrucht draagt ​​en zo laat zien dat u mijn discipelen bent." – Johannes 15:8

De vroege zomer in Libanon is een prachtige tijd – het is het seizoen van perziken, pruimen, mispels en wilde bessen. Het land begint zijn vrucht voort te brengen en overal om ons heen zien we tekenen van rijping – van overvloed die rustig, gestaag en op zijn tijd komt. Het is een seizoen dat uitnodigt tot bezinning: net zoals vrucht pas na een lang en verborgen proces verschijnt, zo worden ook wij geroepen om geestelijke vrucht te dragen.

Lees verder

De laatste fase van leiderschap: schoonheid of schaduw?

Opiniestuk

We kennen ze allemaal: leiders die decennia lang vruchtbaar en impactvol waren, maar niet op tijd meebewegen met wat de nieuwe fase van hen vraagt Ze blijven zichtbaar, maar hun impact vervaagt- niet door gebrek aan talent, maar door het uitblijven van transformatie.. Ze blijven ogenschijnlijk op hun post, maar verliezen gaandeweg hun glans — niet omdat ze minder waard zijn, maar omdat ze weigeren om anders te worden.

En dan zie je óók de anderen: leiders die in hun latere levensfase juist dieper, wijzer, vrijer worden. Hun invloed neemt niet af — die verdiept zich. Wauw! Wat maakt het verschil?

De illusie van “doorgaan zoals altijd”

In veel (christelijke én maatschappelijke) organisaties zie ik leiders die inspirerend begonnen, vruchtbaar waren in hun bloeitijd, maar zich vervolgens verzetten tegen wat de laatste fase van leiderschap vraagt.

  • Ze klampen zich vast aan hun oude rol, positie, podium.
  • Ze zeggen “God is nog niet klaar met mij”, maar bedoelen: ik wil nog niet loslaten.
  • Ze verwarren zichtbaarheid met vruchtbaarheid, en controle met betekenis.

Maar leiderschap is geen sprint — het is een levensloop. En het slotstuk is geen schaduw — het is vaak het meest briljante deel, als je het goed loopt.

De kracht van overgave in de laatste fase

Grote leiders zoals Mozes, Mandela, Henri Nouwen, of een Rick Warren vandaag, tonen dat er in de laatste fase iets anders nodig is:

  • Meer zegenen dan besturen
  • Meer investeren dan initiëren
  • Meer ruimte geven dan zelf nemen
  • Meer wijsheid delen dan beslissingen maken

In deze fase verschuift leiderschap van sturen naar schenken, van impact maken naar mensen laten bloeien. Dat vraagt moed. En vertrouwen. En visie op de generaties na jou.

De mooiste leiders worden met de jaren zachter én krachtiger

Ik heb leiders ontmoet die op hun 65e, 70e of zelfs 80e nog steeds diep inspireren — niet vanwege hun strategie, maar vanwege hun aanwezigheid. Ze zijn niet meer bezig met bewijzen, behouden of beheersen. Ze zijn bezig met doorleven, doorgeven en doorbidden.

Hun woorden wegen zwaarder omdat ze zwijgen kunnen. Hun gezag komt niet meer uit een functie, maar uit hun geestelijke rijpheid. Zij laten zien: het mooiste leiderschap komt vaak pas ná het podium.

Wat als meer leiders deze fase zouden omarmen?

Wat zou er gebeuren als meer leiders:

  • Zichzelf de vraag zouden stellen: “Wat vraagt deze fase nu van mij?”
  • Niet bang zouden zijn om zichtbaarheid los te laten om invloed te verdiepen?
  • Niet zouden blijven hangen in wat ze waren, maar ontvankelijk worden voor wat ze kunnen zijn?

Dan zou het beeld van “oudere leiders” niet meer dat zijn van tragiek of vasthouden, maar van wijsheid, vrede en stille kracht.

Slot: Een uitnodiging aan elke leider

Laten we een cultuur bouwen waarin vernieuwd leiderschap in de laatste fase wordt gevierd, niet vermeden. Waar we leiders helpen: 

  • Niet langer te doen wat ze deden,
  • Maar te worden wie ze zijn.

De wereld — en zeker de kerk — snakt naar oudere leiders die niet nog één ronde willen rennen, maar die anderen leren lopen. Hun erfenis is niet wat ze achterlaten, maar wie ze voortbrengen.

Nabrander voor jou:

Zoals ik begon, dit is een opiniestuk. Het verkondigt geen waarheid, maar een opinie. Daar kun je het mee eens of oneens zijn en laat dat nou net de bedoeling zijn, namelijk dat we erover nadenken. Het feit dat je dit artikel leest, maakt de kans groot dat je op welke manier ook iets met leiderschap in je gemeente te maken hebt. Misschien ben je wel oudste of voorganger, taakgroepleider, muziekleider of wat dan ook. Hoe staat het met jouw leiderschap of überhaupt met het leiderschap in je gemeente? Kun je het gesprek hierover met elkaar voeren. Wat voor leiderschap heeft jullie kerk nodig als jullie ook jongeren, denk aan GenZ,  een plek willen geven in Gods huis, wat zeg ik, in Gods lichaam. Juist daarom geldt dat onze erfenis niet moet zijn wat we achterlaten, maar wie we voortbrengen.

Harry Nieuwenhuizen is bestuurslid van Unie-ABC. 

Lang leve de doop!

Wat is er aan de hand? In één keer lijkt geloof hip en booming. Een artikeltje in The economist beschreef hoe het aantal volwassendopen in Frankrijk met Pasen ten opzichte van het jaar er voor met 46% gestegen is. Meer dan 10.000 volwassenen werden met Pasen gedoopt! De schrijver van het artikel vroeg zich vol verbazing af hoe dat kon. Was het toch nog een gevolg van de eenzaamheid van Covid? Een nieuw zoeken naar zin onder jongeren? Opvallende constatering was dat een groot deel van de dopelingen een niet gelovige achtergrond heeft.

De trend in Frankrijk zien we de laatste tijd natuurlijk ook in Nederland. Tot verbazing van velen groeit de interesse onder met name jongeren voor het geloof. Hoe kan dat? Een verlangen naar meer? Het besef van de diepe vreugde van het geloof (Jezus is overwinnaar!)? Of de slechte ervaringen uit het verleden die naar de achtergrond zijn geraakt? Je hoort in ieder geval van spontane doopdiensten bij Opwekking en andere conferenties. En van rondreizende evangelisten die in een badkuip dopen. Ook binnen gemeenten van Unie-ABC zien we verrassende ontwikkelingen. Grote doopdiensten, onverwachte aanwas, etc..

Voor kerken is het natuurlijk fantastisch. Tegelijk liggen er ook grote uitdagingen. Het vraagt om anders te leren denken. Zelf werd ik gedoopt in een klassieke Baptistengemeente. De procedure was in der tijd vrij formeel. Na de doopaanvraag kreeg je bezoek van twee ouderlingen. Die brachten verslag uit tijdens een gemeentevergadering. Je werd aan de gemeente voorgesteld en mocht daarna de zaal verlaten, waarop de gemeente vragen kon stellen en vervolgens ging stemmen of je gedoopt mocht worden. Dat was een heel gebeuren. Ook rondom de doop zelf waren allerlei gewoonten. De doop was natuurlijk een feest. En na de doop klonk hartelijk: Welkom in de strijd!

Je kunt daar met terugwerkende kracht van alles van denken. Het ging gewoon zo op die manier. Maar wat een verschil met nu. Nadat we afkondigden dat er in de gemeente vijf dopelingen waren meldde zich spontaan nog drie mensen aan. Inmiddels gaat dat naar de twaalf dopelingen, voor het grootste gedeelte nieuwe bezoekers van de kerk. In mijn achterhoofd hoor ik de oude kerkleiders nog zeggen: Laat ze eerst maar eens een tijdje komen en meedraaien… Maar als je met deze mensen praat, dan proef je hun geloof en verlangen Jezus te volgen.

Daar ligt dan de uitdaging voor de gemeente. De uitdaging is niet zo zeer allerlei testjes te maken om te zien of iemand wel goed gelooft. Nee, de uitdaging is om van mensen die er naar verlangen zich in de doop aan Jezus over te geven volwassen christenen te maken. Niet door ze een paar jaar op de achterste rij te laten toekijken, maar door hen actief in te schakelen. Door hen te begeleiden op het pad van discipelschap. Door zelf in alle kwetsbaarheid met hen op weg te gaan.

De grote vraag is niet, kunnen mensen het waar maken? De grote vraag vandaag de dag aan de gemeente is: kunnen wij het waar maken? Wat hebben we er voor over om mensen werkelijk te helpen groeien in hun navolging van Jezus. Hoe kunnen wij als gemeenten werkelijk een instrument in handen van de Heer zijn, zodat mensenlevens vernieuwen. Werktuigen in handen van God zijn, zodat Hij door ons heen de wereld kan veranderen.

Een paar jaar geleden werd de ondergang van de kerk voorspeld. Misschien mogen we nu de oude woorden van Jezus herhalen: De velden zijn wit om te oogsten. Zijn we er klaar voor? Wat hebben we er voor over?

Harm Jut is werkzaam als regio-coördinator bij Unie-ABC en voorganger bij Baptistengemeente Siloam in Ede.